De boot
De Klepper Aerius

dwarsdoorsnede ter hoogte van een kuipspantje. sponsons zijn roze, langsdelen geel en zwart, spantje lichtbruin, aluminium delen grijs
Het ontwerp van de Klepper Aerius stamt uit 1953, of in ieder geval begin jaren '50, de verschillende bronnen zijn het niet allemaal eens.
De belangrijkste vernieuwing in de Aerius, en ook de reden voor zijn aanduiding was het toevoegen van twee luchtkamers (ook wel sponsons geheten) die aan beide zijden in de lengterichting tussen geraamte en huid liggen. Bij opblazen wordt de huid daarmee strak om het geraamte getrokken, terwijl ze meteen ook voor extra stabiliteit en drijfvermogen zorgen. Of Klepper de eerste hiermee was weet ik niet, feit is wel dat bijna alle andere vouwboten ze ook hebben.
Klepper ging nog een stap verder met de Aerius Quattro, die aan beide kanten twee luchtkamers boven elkaar heeft. Door de bovenste en onderste verschillend hard op te blazen kan de vorm van de romp, en daarmee ook de vaareigenschappen gewijzigd worden. Met de onderste hard opgeblazen heeft de romp een U vorm, is extreem stabiel, heeft groot draagvermogen maar is niet erg snel. Met alleen de bovenste opgeblazen heeft de romp meer een V vorm, en is de boot snel en net zo stabiel als een normale Aerius.
Hoewel de basisvorm van de Aerius sindsdien niet meer veranderd is zijn er in de loop van de tijd natuurlijk nog wel kleine aanpassingen geweest. Op sommige punten is er toch wel een tamelijk groot verschil tussen een geraamte uit 1955 en dat uit 1999. Ook na 1999 zijn de ontwikkelingen niet gestopt, de modellen na 1999 hebben bijvoorbeeld standaard een verstelbaar zitje gekregen, ook handig, maar een vaste is wel sneller te monteren!
Ook is in de loop der jaren de productietechniek aanmerkelijk verbeterd. Met moderne computergestuurde machines is een veel grotere nauwkeurigheid te bereiken, wat weer tot gevolg heeft dat de boot beter past en stijver te maken is, en dus beter vaart.

Aerius II Expedition
Behalve de één en tweepersoons Aerius zijn er ook de kleinere Aerius 2000 (of Tramp, zoals hij tegenwoordig heet), de Aerius Quattro tweezitter die door zijn dubbele sponsons ultra stabiel en populair is bij zwaargewichten, zeilers en de militairen (voor wie hij "Commando" heet), en de Aerius XXL, voor 3 à 4 personen.
Sinds 2004 is er ook een verlengde uitvoering van de Aerius I.
De meeste modellen zijn in verschillende uitvoeringen leverbaar, de Basic en de Expedition, die eigenlijk alleen in de huid verschillen. De Basic heeft een lichtgrijze huid, de Expedition een zwarte huid met extra beschermingsstrips over de kiel en kimmen geplakt, en heeft standaard ook een aantal andere zaken zoals peddeltassen op het dek.
Eigenlijk is ook de Quattro een uitvoering van de gewone tweepersoons, alleen krijgt deze door zijn dubbele luchtkamers wel heel speciale eigenschappen. In de geraamtes bestaat geen verschil tussen de uitvoeringen, behalve dat de Quattro ook tegen meerprijs met zwartgelakt geraamte te bestellen is. De nieuwe verlengde Aerius I is trouwens ook in een Quattro uitvoering verkrijgbaar.
Naast alle Aerius modellen is er ook nog de Alu-lite, die met zijn aluminium frame en rits in het dek constructief en qua opbouwmethode nogal verschilt van de andere Kleppers.
Bij de foto's van mijn tochtje "IJmeer" is één (blauwe) Basic tweezitter te zien, een paar zijn Expeditions en de meeste andere zijn Quattro's. De beide éénzitters zijn (mintgroene) Expeditions.
De duurzaamheid is legendarisch, met een beetje zorg zou een geraamte minstens 50 jaar mee moeten kunnen, een huid zeker een jaar of 30. Over het algemeen kun je voor oudere boten ook nog alle onderdelen nabestellen, waarmee je door selectief vervangen de levensduur nog verder kan verlengen. Zo kwam ik een tijdje geleden een echtpaar in een tweepersoonsversie tegen. Ze hadden de boot al zo'n jaar of 40, en ze hadden pas een nieuwe huid gekocht, en de boot zag er weer als nieuw uit.
Zelf zat ik in een soortgelijk schuitje, ik had een geraamte van een boot uit 1955 gekregen, en zou daar weer een vaarklare boot van kunnen maken als ik er genoeg geld, tijd en moeite aan had besteed. Of dat rendabel zou zijn was een ander punt, na een bezoekje ermee aan de importeur bleek er toch wel erg veel vervangen te moeten worden en heb ik die plannen voorlopig maar even in ijskast gezet.
In plaats daarvan heb ik een jaar later een goede tweedehands Aerius Quattro op de kop kunnen tikken, compleet met zwart geraamte en dek in camouflagekleur.
De Aerius bestaat uit de volgende delen:
Voor alle onderdelen wordt hoogwaardig materiaal gebruikt. Het hout is luchtgedroogd essen (voor de langsdelen) of berkenmultiplex (voor de dwarsdelen), het aluminium is een speciale legering die goed tegen zeewater kan. Het houtwerk is normaal blank gelakt, maar is voor de Quattro tegen meerprijs ook in zwart leverbaar.
Onderstaand overzicht was in eerste instantie geschreven voor mijn éénzitter. Voor een tweezitter zijn de meeste onderdelen niet hetzelfde, maar is de functie en globale vorm wel gelijk, zodat het verhaal geldt voor beide types, behalve daar waar aangegeven.
- De langsdelen
Al deze delen zijn kleurgecodeerd, rood voor de voorkant, blauw voor de achterkant.

De gespverbinding, links nog twee lipjes voor spantclipjes
-
De kielbalk bestaat uit twee delen die elk in het midden scharnieren. Met voor- en achtersteven vormt dit de 'ruggegraat' van de boot. De verbinding in het midden bestaat uit een soort 'gesp', aan de ene kant een uitstekende lip en aan de andere kant een vierkant oog, waar de lip precies doorheen gaat. In gestrekte toestand vormt dat een starre verbinding, in half opgevouwen en in elkaar gehaakte toestand vormen ze een vlakke letter \/\/.
-
De kimstaven, vier delen voor elke kant. De einden hebben haakjes, de rest schuift met bussen aan elkaar, een beetje zoals tentstokken of een ouderwetse bamboehengel. Één bus is verschuifbaar, zodat hij in de boot nog over het tegenoverliggende eind te schuiven is.
-
De boorden. Per kant twee stuks met elk weer een scharnier in het midden. Net als de kielbalk is hier ook een gespverbinding om beide einden met elkaar te verbinden.
-
De dekbalkjes, één voor en één achter. Voor de éénzitter zitten er scharnieren in, bij de tweezitter zijn ze wat korter en bestaan ze uit een enkel stuk.
- De dwarsdelen
-

Clipje, ware grootte ± 3 cm.
De spantjes, voor de éénzitter zes in totaal, genummerd van voor naar achter. De kuip loopt van spantje 2 tot spantje 4, spantje 3 zit in het midden van de kuip en is als enige open van boven. Alle spantjes hebben vier of vijf aluminium clips waarmee ze aan de kielbalk en de boorden geklikt worden. Daarnaast hebben ze twee plastic klemmetjes waarin de kimstaven geklikt worden. Het kuipspantje heeft ook nog twee speciale sluitingen waarmee de kuiprand vastgezet wordt.
De gepatenteerde clipjes werken samen met een aluminium lip met dwarsgroef die aan het andere onderdeel vastzit. Als de lip door het clipje geschoven wordt (op de foto vanaf de achterkant) valt het randje van het beweegbare deel van de clip in de dwarsgroef en kan de lip niet meer terug. Om los te maken hoef je alleen maar je duim op het bovenste deel te zetten en kun je het lipje er zo weer uittrekken.
De tweezitter heeft zeven spantjes, waarvan de drie middelste open zijn en in de kuip zitten. De kuip zelf loopt hier van spantje 2 tot spantje 6.
-
De voorste dekbalk heeft een scharnierend dwarsbalkje dat tussen de boorden geklemd wordt en ze iets uit elkaar houdt. Omdat dit balkje permanent aan een langsdeel vastzit telt het eigenlijk niet eens als dwarsdeel. Voor de tweezitter ontbreekt het zelfs geheel.
-
De kuiprand
-
De kuiprand bestaat uit een tweetal flexibele latten die aan de voorkant met elkaar verbonden zijn in het metalen stuk waar de mast doorheen kan. In het midden van de kuiprand zitten twee roestvrij stalen 'T'tjes, waarmee hij aan spant nummer 3 bevestigd wordt, aan de achterkant zitten er nog twee om de rugleuning van het stoeltje aan te hangen, en twee haken waarmee hij in spantje 4 gehaakt wordt. Het hout heeft een speciaal profiel, waardoor onder andere de verdikte zoom van het dek in een speciale groef valt.
Ook diverse accesoires, zoals een kompasplankje en de zwaardbrug (deel van het zeiltuig) worden met haken op de kuiprand vastgezet.
Voor een tweezitter bestaat de kuiprand uit twee delen aan elke kant. Bij moderne boten zitten ze gewoon met een scharnier aan elkaar vast, bij mijn oude zijn de achterste stukken los en worden ze met een speciaal koppelstuk vastgemaakt. In totaal zitten er natuurlijk ook wat meer 'T'tjes aan, zes voor spantjes en vier voor rugleuningen.
-
De achterkant van de kuip wordt gevormd door de 'boemerang'. Alle delen komen bij elkaar bovenop het spantje achteraan de kuip, nummer 4 bij de éénzitter of nummer 6 bij de tweezitter.
-
De stoeltjes
De stoeltjes bestaat per stuk uit twee voorgevormde kunststof schuim delen, een zitting die met een clipje op de kielbalk wordt vastgeklikt, en een rugleuning die aan de kuiprand vastgemaakt wordt.
Bij mijn oude tweezitter zijn de stoeltjes wat spartaanser, gewoon een houten plankje om op te zitten en een stukje gebogen triplex aan een dwarsstokje als rugleuning.

Alles hierboven aan elkaar gezet ziet er zo uit voor de tweepersoonsversie
(alleen zul je het alleen in deze vorm zien als je hem zonder huid opbouwt)
-
De huid
Bij de Klepper is het dek van een stevig soort waterdicht kanvas en de bodem van een speciaal mengsel van Hypalon en rubber. Hypalon is een synthetisch rubberachtig materiaal. De huid is ter versteviging ook nog eens gewapend met een sterk soort synthetisch doek (hetzelfde spul als waar ze bijvoorbeeld autogordels van maken).
Aan de binnenkant zitten aan weerszijden over bijna de hele lengte zakken ingenaaid waarin de sponsons zitten. In het midden steekt er een slangetje uit waarmee ze opgeblazen kunnen worden. De elastiekjes waarmee de touwtjes van de dopjes aan het slangetje vastzitten verteert vrij snel, ik heb ze nadat ze afbraken met nylon kabelbindertjes (ook wel bekend als Ty-rap®) vastgezet.
Op het dek zitten ogen genaaid, afhankelijk van de uitvoering zes of meer. Ze dienen onder andere voor de verstaging als je een mast met zeil hebt, voor een bagagenet achter de kuip, de roerophaler en de grijplijnen. De ogen voor de stagen zijn aan de binnenkant voorzien van een beugeltje. Dit kan achter de boorden gehaakt worden om zo bij zeilen de trekkrachten op het frame over te brengen.
Wat er precies standaard op welke uitvoering zit is te vinden op de website van Klepper, vaak is ook een "kale" uitvoering van de Basic onder de naam "Classic" verkrijgbaar. Daarnaast is het vaak mogelijk extra zaken zoals grijplijnen, peddeltassen en dekluiken bij te bestellen of soms zelfs achteraf te monteren. Zelfs kielstrips zijn achteraf nog op te plakken, hoewel ik me heb laten vertellen dat dit een verschrikkelijke rotklus is, en dat het niet altijd even goed slaagt. Andere opties als dekluiken zijn al helemaal niet zelf te doen, je kan ze het beste bij aankoop al erin laten zetten als je van plan bent om trektochten met bagage te gaan maken.
-
Spatzeil
Omdat de vorm van het kuipgat nogal afwijkt van dat van "standaard" kajaks passen gewone spatzeilen niet. Er zijn twee mogelijkheden:
Het spatzeil van model "Touring" ("Wanderer") bestaat uit één stuk, en kan met klittenband open en dicht en aan de kuiprand worden vastgezet. De kuiprand wordt hiervoor aan de buitenkant beplakt met klittenband.
Een expeditiespatzeil ("Tuckunder") wordt met een verdikte zoom in een groef onder de kuiprand gestopt, en blijft daar na opblazen van de sponsons goed vastzitten. In dit spatzeil zitten dan weer gaten met ringen waarop een standaard kajakspatzeil past. Nadeel is dan wel weer dat je niet meer zo gemakkelijk spullen kan in- en uitladen, om het los te maken moet je de sponsons steeds een stukje leeg laten lopen. In dit geval zijn dekluiken zeker aan te bevelen.
Een nog luxere uitvoering van het expeditiespatzeil wordt o.a. door Long Haul geleverd, hier zitten nog eens extra waterdichte ritsen rondom, zodat het hele spatzeil toch eenvoudig verwijderen is.
Beide typen spatzeil passen op alle uitvoeringen van de boot, dus je hoeft geen "Expedition" uitvoering te hebben om een expeditiespatzeil te kunnen gebruiken, en omgekeerd.
-

Het roer met al zijn losse onderdelen
Het roer
Het roer bestaat uit het roer zelf, een dwarsbalkje, een tweetal kabels en een plankje met pedalen. De roerpen past in een metalen stuk dat permanent op de achtersteven bevestigd is. De pedalen kun je met een schroef/klem op de kielbalk vastzetten.
Qua constructie vind ik de bevestiging van de pedalen minder handig, het aangrijpvlak van de klem op de zijkant van de kielbalk is vrij klein, en je moet (in de éénzitter) de vrij kleine en gladde schroef op een onhandige plek goed vastdraaien. Bij mij lukt dat niet, zodat aan het eind van een tocht het plankje een eind opgeschoven is. Ik ben nog aan het broeden op iets beters, ik kan de pedaaltjes natuurlijk gewoon met scharnieren op spantje nummer 2 vastzetten, maar dan kan ik niet meer zonder varen, en zijn ze ook niet meer verstelbaar.
Om het roer mee op te halen is er nog een extra lijntje dat op een dekring naast de kuip vastgezet wordt.
-
De peddels
De peddels die ik standaard bij de Klepper gekocht heb zijn natuurlijk ook deelbaar en van hout. Ze zijn echter niet van het modernste ontwerp, en ik vind ze ook redelijk lang, dik en zwaar. De standaardlengte voor vouwkano's is 240 centimeter, voor een brede tweepersoons is dat ook wel nodig, een éénpersoons kan wel met wat minder toe. Wel fijn is het aluminium randje aan de einden, als het water eens onverwacht ondiep is is het blad niet meteen kapot. Als extra voorbereiding voor de Veluwerally 2001 heb ik er wat reflecterende strips op geplakt (niet dat dat nou nodig was, maar ja..).
De peddels die tegenwoordig standaard meeverkocht worden zijn nog steeds van hout maar moderner en eleganter van vorm. Zelf heb ik later nog een paar "Voyageur Atlantic" peddels erbij gekocht, van kunststof, iets korter, dunner en lichter van gewicht en een wat efficiëntere bladvorm. Hoewel op zich plezieriger om mee te varen wordt de zwarte kunststof steel in de zon erg warm, zodat je hem af en toe in het water moet leggen om te koelen. Badstof hoesjes (bedoeld voor badmintonrackets) om de steel was ook niet de oplossing, je hebt dan geen goede controle meer over je peddel. Misschien dat ik nog eens wat met stuurlint (voor racefietsen) ga proberen.
Omdat ik nog een heel stuk reflecterende tape overhad van de vorige keer heb ik deze ook meteen maar opgesierd.
De keus van een peddel is tamelijk persoonlijk, wat de één prettig vind is voor een andere misschien een ramp. Het is een beetje te vergelijken met de keus van versnellingen op een fiets, de één rijdt op macht, de ander op souplesse.
De tweepersoons Aerius en de andere modellen behalve de Alu–Lite zijn in grote lijnen gelijksoortig van opbouw als de Aerius I. In details zijn er natuurlijk wel verschillen, met name door de andere maatvoering. Zo hebben de Aerius II en de Quattro een spantje meer, kortere voor- en achterdekken en drie open spantjes in de kuip. Ook is alles net een slagje groter, een tweepersoons is beslist geen éénpersoons die toevallig een spantje meer heeft. Na doorspitten van de Klepper prijslijst blijken alleen de twee middelste stukken kimstaaf hetzelfde zijn voor de één- en tweepersoons. De 2000 en de éénzitter hebben meer delen gemeen, en de XXL is gewoon een tweezitter waar een stukje tussengezet is. Je kan er zelfs gewoon een uitbreidingssetje voor kopen waarin de verlengstukken, een extra spant, stoeltje en de grotere huid zitten. Voor ietsje meer geld heb je trouwens ook al een tweede tweezitter, waar je zeker met z'n vieren een stuk ruimer in zit.
De Aerius I in de lange versie is net (voorjaar 2004) uit, gegevens over de constructie heb ik nog niet kunnen achterhalen. Ik vermoed echter dat de spantjes gelijk zijn aan die van een normale éénzitter en dat alleen de afstanden er tussen wat uitgerekt zijn.
Een overzichtje van de modellen vind je hieronder, verdere details en specificaties zijn te vinden op de website van Klepper.
|
Alu-Lite |
AE 2000 Tramp |
AE I |
AE I lang |
AE II |
AE XXL |
aantal uitvoeringen |
1 |
1 |
Basic, Exp |
Exp, Quattro |
Basic, Exp, Quattro |
Basic, Exp |
lengte (m) |
4 |
3,75 |
4,5 |
4,9 |
5,2 |
5,85 |
gewicht (kg) |
18 |
21 |
25-27 |
26-27 |
32-37 |
39,5-43,5 |
draagvermogen (kg) |
150 |
120 |
260 |
300-330 |
350-370 |
370 |
Het draagvermogen van de Quattro versies is door de extra luchtkamers wat hoger.

De boot in de tassen
Het mooie van de Klepper is dat er geen kleine losse onderdelen zijn (als de dopjes van de luchtkamers tenminste vastzitten) en dat voor montage ook geen gereedschap nodig is. In opgevouwen toestand is ook geen van de delen langer dan pakweg 1m30, zodat één en ander redelijk handzaam ingepakt kan worden in drie tassen. De langste tas past net dwars op de achterbank van mijn (middenklasse) auto, zodat ik normaal gesproken niet eens de achterbank hoef neer te klappen.
De tas voor de huid heeft twee gepolsterde draagriemen, zodat hij als een rugzak gedragen kan worden, en de lange tas heeft ook een schouderband. De tas voor de spantjes en andere spullen heeft ongeveer het formaat van een flinke weekendtas, en is groot genoeg voor nog wat extra uitrusting. Je kunt alle drie tassen tegelijkertijd dragen, en met een beetje moeite ook nog wat andere spullen. Door de pakweg 30 kilo die je dan sjouwt is het niet iets waar je de vierdaagse mee wil lopen, maar voor een paar honderd meter is het best te doen. Voor als je geen zin in sjouwen hebt of verder moet is er een bootwagentje bij te koop, waarop je de boot zowel ingepakt als opgebouwd kan vervoeren. Het wagentje zelf is ook opvouwbaar, zodat je het niet aan de wal hoeft laten staan. Op de foto van de zeilende Aerius Quattro ligt een deel ervan op het achterdek.
Zeilen

Een Quattro onder (S-4) zeil op de Maasplassen bij Roermond
Één van de redenen van mijn keuze voor een Klepper is dat je er ook mee kan zeilen. Alle Kleppers behalve de Alu–Lite zijn standaard van fabriekswege al voorbereid op zeilen, en er zijn verschillende mogelijkheden de boten op te tuigen.
De eenvoudigste uitvoering, de "Freewind", past op alle zeilbare modellen en gebruikt een peddel als mastverlenging. Het is bedoeld voor ruimwindse koersen en kan met zijzwaarden tot ongeveer halve wind gezeild worden.
De meer uitgebreide tuigen hebben een fok, grootzeil en zijzwaarden, en kunnen redelijk hoog aan de wind gezeild worden. Voor de S-4, het grootste tuig van 4½m² heb je wel een tweezitter nodig, de wat kleinere S-1 van 2½m² is ook bruikbaar op een éénzitter.

Vario-Cat
Voor het echte spektakel is er ook nog een catamaranset te koop, waarmee je van twee tweezitters een catamaran met 11m² zeiloppervlak en een masthoogte van ruim 6½ meter kan maken. Kost wel een paar centen, maar dan heb je ook wat. Deze "Vario-Cat" wordt niet door Klepper zelf gemaakt maar door Kajak-Hütte. Om kosten te sparen is hij ook met andere rompen dan Kleppers te koop, en is zelfs aan te passen om met één Klepper tweezitter en één opblaasromp te gebruiken.
Als je twee tweezitters zo gebruikt zal je waarschijnlijk wel wat vaker een onderdeeltje moeten vervangen, bij catamaranzeilen krijgen de rompen veel meer te verduren dan wanneer je gewoon peddelt.
Laatste wijziging: 31-7-2005